In onze rubriek Gezichten van de Plantage maken we kennis met de mensen achter de Plantagebuurt. Deze keer spreken we met Melvin, gebiedsmakelaar voor de gemeente Amsterdam.
Wie ben je en wat doe je? Waar krijg je energie van in je werk?
Ik ben Melvin Creemers, gebiedsmakelaar voor de gemeente Amsterdam. Ik ben de verbindende schakel tussen bewoners, ondernemers, maatschappelijke organisaties en de gemeente (stadsdeel, verschillende directies en ook politie/veiligheid). Alles komt bij mij samen – en waar het stokt, help ik het weer soepel te laten lopen. Ik krijg energie van het helpen van mensen en de stad beetje bij beetje beter te maken.
Kun je een praktijkvoorbeeld geven?
Jazeker. Laatst met de explosies op de Plantage Kerklaan, dan moet je snel kunnen schakelen. Je moet dan snel in kaart brengen: “Wat is er aan de hand, wat heeft de buurt nodig, welke informatie kunnen we terugkoppelen?”.
Dan schakel ik intern met veiligheid en handhaving, de recherche en wijkagenten en dan leg ik tegelijkertijd contact met de buurt, met bekende sleutelfiguren en ondernemers. Doordat ik veel in de buurt kom, liggen die lijnen er al en weet ik bijvoorbeeld ook bij wie en in welke panden wij ruimtes last-minute kunnen reserveren voor het organiseren van een bewoners-informatie avond.
Wat geeft je de meeste voldoening?
Problemen oplossen op een manier waar iedereen beter van wordt. Een klein voorbeeld: in een straat werden fietsen massaal tegen gevels gezet. Met bewoners hebben we geveltuinen aangelegd – waardoor fietsen net iets verder worden gezet, de straat groener en mooier wordt, én het uitzicht terug is. Zo pak je leefbaarheid én klimaatadaptatie mee.
Wat is je achtergrond?
Ik werk nu zo’n zes jaar bij de gemeente. Daarvoor was ik landschapsarchitect; ik weet dus goed wat er kan in de openbare ruimte – boven én onder de grond – en hoe beleid werkt (parkeren, bomen, etc.) en wat er nodig is om een fijne omgeving te creëren. Die kennis helpt om samen met bewoners en collega’s de juiste plek-oplossing te vinden.
Wat weten ‘buurtliefhebbers’ niet, maar zouden ze wél moeten weten?
Dat er het participatiebudget Centrum Begroot is: er is geld voor bewoners- en buurtinitiatieven – van vergroening tot sociale activiteiten en evenementen. In de Plantage wordt daar relatief weinig gebruik van gemaakt, terwijl er mooie ideeën mee te realiseren zijn. Denk aan een groen initiatief waarbij je bijvoorbeeld een stukje van het park kunt laten opknappen, of een activiteit waarbij de buurt samenkomt om te koken. Het kan echt heel leuk zijn.
Wat is jouw Verborgen pareltje in de Plantage?
De achterzijde van de Hortus, bij het water. Het is er rustig en vredig, met uitzicht op de Hortus, de vernieuwde kas en de tropische planten – een plek waar ik ook graag langs vaar met vrienden. Ik ga altijd met de boot langs de Plantage, het is een stille schoonheid midden in de stad, waar je met een beetje geluk plots het gebrul van een leeuw hoort.
Met welke bijzondere Amsterdammer zou je willen afspreken in de Plantage- en waarom?
Jort Kelder. Hij woont naast de Hortus en ik ben best benieuwd naar wat hij, als buurtbewoner, zou zien als verbeterpunten. Hij is betrokken bij het gebied en heeft vaak een uitgesproken mening en verrassende ideeën.
De vorige geïnterviewde, David van het Hyatt Hotel, heeft een vraag voor jou: “Hoe zie jij de Plantagebuurt over tien jaar? Wat is jouw visie voor dit gebied”?
Meer vergroening en meer ruimte voor fietsers en wandelaars. De Plantage is al groen, maar we kunnen het nog veel groener maken. Ik zie het voor me dat de Plantage Middenlaan is heringericht tot groene fietsstraat met imposante platanen aan weerszijden en groenvakken die bestaan uit kruidenrijke grasmengsels, waar de wilde bijen op af komen.
Aan wie geef je het stokje door en wat zou je diegene willen vragen?
Remi van De Deli Plantage – omdat hij als ondernemer zich goed heeft weten te positioneren in de Plantage en heel actief is in de buurt. Hij heeft ook echt hele bijzondere broodjes, dus mijn vraag aan hem zou zijn: “Welk broodje omschrijft de Plantage het best en waarom?”