Gezichten van de Plantage – Interview met Maud Smithuis van het H’ART Museum

Geplaatst op maandag 17 novemberTips

In onze rubriek Gezichten van de Plantage spreken we mensen die de buurt kleur geven. Deze keer ontmoeten we Maud Smithuis, sales & events manager bij het H’ART Museum.

Wie ben je en waar krijg je energie van in je werk?
Ik ben Maud en werk inmiddels ruim vijf jaar bij H’ART Museum. Na mijn opleiding aan de Hotelschool ben ik de evenementenwereld ingerold – van grote publieks­evenementen tot fine dining en congressen. Wat ik hier het mooiste vind, is dat we alles zelf doen: van aanvraag tot uitvoering. We werken met een klein team en omdat we midden in een museum zitten, blijft het werk elke dag bijzonder en afwisselend. Ik ben trots op hoe we het na Covid hebben opgebouwd met elkaar en een hecht team hebben samengebracht.

Wat weten buurtbewoners niet over jullie, maar zouden ze eigenlijk leuk vinden om te horen?
Veel mensen weten niet dat H’ART Museum veel meer is dan alleen een museum. We organiseren ook evenementen waar juist de buurt welkom is – zoals Wijnen in de Tuin, met lokale wijnleveranciers, of Movies at H’ART Museum, wanneer we onze binnentuin aan het eind van de zomer omtoveren tot een sfeervolle buitenbioscoop. En ons Grand Café? Dat is eigenlijk het huiskamertje van de Plantage: een heerlijke plek voor een kop koffie, een gezellige lunch of een borrel met vrienden.

Wat is voor jou het verborgen pareltje van de Plantage?
Onze binnentuin! Weinig mensen weten dat je daar ook zonder museumticket welkom bent. Het is echt een oase van rust – zelfs als de steigers buiten vol zitten met zonaanbidders, merk je daar in de tuin niets van.

Met welke bijzondere Amsterdammer zou je daar willen afspreken?
Met Floris Aaldering, finalist van de Nationale Hennessy Gastvrijheidprijs en sommelier van sterrenrestaurant Showw. Ik vind het bijzonder hoe snel zij die Michelinster hebben verdiend. Ik zou graag met hem in gesprek gaan over gastvrijheid in het museum en hoe we nog meer buurtbewoners kennis kunnen laten maken met onze tuin — onze mooiste verborgen plek.  

Wat weten we niet over H’ART Museum als organisatie?
Dat we verrassend duurzaam zijn. We delen warmte en koeling met de Hortus: wij sturen onze restwarmte naar hun kassen, terwijl wij hun koeling gebruiken om onze kunst op temperatuur te houden. Daarnaast liggen er ruim 300 zonnepanelen op het dak.

De vorige geïnterviewde, Remi Oerlemans van De Deli Plantage, stelde jullie de vraag:
“Jullie zijn van een oud naar een nieuw museaal concept gegaan. Hoe hebben jullie die overgang praktisch gemaakt – wat was de verbindende factor waardoor het bleef kloppen?”

De oorlog in Oekraïne maakte de samenwerking met de Hermitage in Sint-Petersburg onmogelijk. We hebben toen bewust gekozen voor een nieuwe koers en identiteit. De naam H’ART symboliseert een frisse start en een open blik. Dankzij steun van andere musea – zoals het Van Gogh Museum en het Amsterdam Museum – konden we toch tentoonstellingen blijven tonen. Inmiddels werken we samen met musea als Centre Pompidou in Parijs, het Smithsonian in Washington, het British Museum in Londen en The Metropolitan Museum of Art in New York.
Het was een spannende tijd, maar ook inspirerend. We hebben die transitie echt als team gedragen – met alle afdelingen samen. Dat maakt me nog steeds trots.

Aan wie geef je het stokje door, en met welke vraag?
Ik geef het stokje door aan Tom Heckmans van RKM Offices. Mijn vraag aan hem: Jullie creëren prachtige werkplekken midden in de stad – hoe zorgen jullie ervoor dat mensen zich in een kantoor echt thuis voelen, net zoals wij dat in H’ART Museum proberen te doen?